Home » Watergat of Geestje bij Monster

Watergat of Geestje bij Monster

De duinen in Zuid-Holland zijn voor het grootste deel beschermd natuurgebied met Natura 2000-status. Dat is maar goed ook, want het betekent dat er geen stedenbouw mag plaatsvinden. Minder beschermd zijn de gebieden die er net buiten liggen. Gemeenten worden geacht daar niet te veel te bouwen, maar zowel de gemeente Den Haag als de gemeente Westland lijken zich daar weinig van aan te trekken gezien de overdaad aan bouwprojecten langs de Haagweg en de Monsterseweg. Eén van de gebiedjes die als buffer zouden kunnen dienen tussen het Natura 2000-gebied en de oprukkende bebouwing staat bekend als het Watergat.

Jos Verhoeff

 

Het Watergat of Geestje ligt in het Westland bij Monster en is een stuk grond direct achter de duinenrij tussen de Molenslag en het Schelpenpad. Tot voor kort bedekt met kassen is het nu grotendeels vrij van bebouwing. Het land is voornamelijk in gebruik als wei- en akkerland, maar in diverse opvolgende bestemmingsplannen wordt het gebied voor woningbouw aangewezen. Het is niet heel groot, je loopt er in een uur omheen, maar het heeft het potentieel een prachtig stuk natuurgebied te worden.

 

Vanaf de middeleeuwen in gebruik
Het gebied rond Monster en Ter Heijde heeft een lange geschiedenis. Regelmatig worden in het gebied geologische vondsten gedaan die aantonen dat het al heel lang in gebruik is.
De korenmolen, tegenwoordig De Vier Winden, bestond in ieder geval in 1311 al. Een lucratieve molen, want iedereen was verplicht er zijn koren te malen. Het ambacht van Monster wordt genoemd anno 1378 en lag tussen de ‘Banweg’, de huidige Haagweg / Monsterseweg en de kustduinen. Tegen Loosduinen lag een vrij groot gebied, van 42 hectare met heide en struiken begroeide oude duinen. Vrijwel al het land is in 1378 in cultuur. In het gebied vinden we ‘clingen’ van zeven morgen (ongeveer zes hectare), die vermoedelijk werden beweid.
De nu nog gedeeltelijk bestaande Rijnweg, tussen Den Haag en Monster was een hoofdverkeersweg tussen het Oude Rijn – en Maas estuarium gedurende de 15e en vroeg-16e eeuw.

 

Geestgronden
Ten zuiden van die Banweg lagen enkele percelen ‘geest’ van 0,5 tot bijna 5 ha groot, die als onvruchtbare zandgrond waarschijnlijk een lagere aanslag kregen, maar wel in agrarisch gebruik waren. In oude akten wordt vermeld dat ‘na ouden coustumen 2 morgen voor 1 morgen’ geldt. Traditioneel betaalden de duinboeren dus maar de helft van de polderlasten of het morgengeld, omdat de hoger gelegen duingronden nu eenmaal minder opbrachten dan de lagere kleigronden.
Op de Kruikius (‘Cruquius’) kaart uit 1712 zijn de Molenweg te zien, de Rijnweg en boerderij Geesterwijk. De oorspronkelijke geest van Monster was een langgerekt ovaalvormig akkercomplex tussen de Molenstraat en de Rijnstraat van twee km lang en 250 m breed. De Slaperdijk was er toen nog niet, maar de boerderij lag net aan wat de zeekant van de huidige dijk zou zijn. Eromheen lagen ontgonnen velden. Hij lag indertijd niet zo dicht bij de dorpen. Monster was toen veel kleiner. De boerderij lag wat hoger in de duinen en de bijbehorende weilanden lagen in de richting van Monster. De naam Geesterwijk doet vermoeden, dat er een verband is met geestgronden, bekend uit de bollenstreek. In de buurt lagen de Kleine en de Grote Geest in Monster en de Hoge Geest in Naaldwijk. Dit waren hoger gelegen zandgronden, veelal tegen de duinen. Het lijkt erop dat na de middeleeuwen de naam ‘geest’ zich naar het land noordelijk van Monster heeft verplaatst en de betekenis kreeg van droog, onvruchtbaar binnenduin.

 

Slaperdijk
Rond 1835 waren de duinen door zeeafslag en zandafgravingen verzwakt en vond het Hoogheemraadschap van Delfland, dat er een dijk moest worden aangelegd. De aanleg daarvan was rond 1848 gevorderd tot het land rondom Geesterwijk. Maar Delfland had nog geen overeenstemming bereikt met de eigenaar. Om toch door te kunnen gaan, werd in de naam des Konings een strook land onteigend en kon de Slaperdijk afgemaakt worden.
Op een kaart van Kuyper uit 1865 is de Slaperdijk voltooid en is tussen de dijk en de Rijnweg sprake van ontgonnen grond.

 

De glazen stad en daarna
Een eeuw later, midden vorige eeuw, is te zien dat het Watergat tussen 1958 en 1968 is volgebouwd met kassen. Deze zijn vervolgens vanaf de eeuwwisseling weer bijna allemaal verdwenen. Er staan nog een paar kassen en de rest is weiland. Het gebied is geen onderdeel van het Natura 2000-gebied Solleveld-Kapittelduinen ernaast. Overigens is de Slaperdijk wél een onderdeel van het beschermde gebied.

 

Buffergebieden
De druk op de duingebieden neemt enorm toe. Het is voor de relatieve rust in Solleveld van belang dat het gebied niet onbeperkt wordt opengesteld voor bezoekers. Dat betekent dat de gebieden ernaast zo groen mogelijk moeten worden ingericht om de tienduizenden extra wandelaars op te kunnen vangen.
Al met al een goede reden om niet al te dicht op het natuurgebied te bouwen. Helaas grijpt de gemeente Westland niet de kans aan het Watergat onbebouwd te laten en er een buffergebied van te maken. De AVN heeft, zelfstandig en samen met andere natuur- en bewonersorganisaties, een aantal zienswijzen ingediend en is procedures gestart. De zienswijzen hebben niet geholpen en voor de procedures die nog lopen ziet het er somber uit. Wel is de AVN, samen met andere natuurorganisaties, in gesprek met de gemeente Westland en de projectontwikkelaars. Deze gesprekken kunnen de bebouwing niet tegenhouden, maar de AVN stuurt de bouwplannen waar mogelijk bij. Wij stellen bufferzones, verplaatsen van de hondenuitlaatzone het natuurgebied uit en groene verbindingen met het achterland voor om het gebied groen en de dijk weer natuurrijk te maken.