Steen en Natuur

Dick Ooms
Recreatie, natuurbeleving en waterberging lijken in dit weidse gebied goed te kunnen samengaan. De AVN denkt mee over toekomstig gebruik en beheer van het gebied. Ondertussen hebben vogels en vogelaars het gebied al gevonden, met als voorlopig hoogtepunt (voor mij in elk geval) een bezoekende zeearend afgelopen najaar. En dat onder de rook van Den Haag! Na deprimerende ervaringen met geplande verdichting en verstening in Den Haag Zuid-West, de hoogbouw in het centrum en de invloed van projectontwikkelaars daarbij, kikker ik weer helemaal op bij het zien van de foto’s op internet van die indrukwekkende bezoeker.
Het toont aan hoe snel de natuur reageert op veranderende omstandigheden. Dat werkt natuurlijk twee kanten op. Broedende duin- en weidevogels kunnen door verstoring snel verdwijnen. De kwaliteit van nieuw groen bij hoogbouw en stadsverdichting, zoals in de Binckhorst, kan worden afgemeten aan het terugkeren of wegblijven van vogels. Door het ingrijpen van de AVN, samen met de Haagse Vogelbescheming, is er bij de bouwplannen alsnog – te elfder ure – voorzien in nestkasten met de juiste afmetingen. De tijd zal leren of de beoogde vogelsoorten daar ook gebruik van zullen gaan maken. Zo kunnen specifieke soorten, bijvoorbeeld huismus en gierzwaluw, een signaalfunctie hebben: verdwijnen ze, of herstelt de soort zich bij stadsontwikkeling?
De St. Barbara begraafplaats in de Binckhorst is een van de weinige plekken waar nog een mussenkolonie zit. Nu maar hopen, in termen van Asterix en Obelix, dat deze kleine groep dappere Galliërs het hoofd kan bieden aan de naderende Romeinse legioenen, lees projectontwikkelaars en bouwbedrijven.
De AVN is ook nauw betrokken bij de plannen met Den Haag Zuid-West. Onze portefeuillehouder Arnim van Oorschot vertelde er onlangs gepassioneerd over op de algemene ledenvergadering. In dit stadsdeel kan een andere diersoort ons gaan helpen met het behoud van natuur en groen bij de geplande stadsverdichting. De AVN heeft voorgesteld om bij de beoordeling van de kwaliteit van het groen bij de plannen uit te gaan van het perspectief van de egel. Daaruit zijn specifieke eisen af te leiden voor de omvang en kwaliteit van het geplande groen. De egel zelf zal vervolgens bepalen of er aan zijn eisen wordt voldaan nadat de plannen zijn gerealiseerd.