Scheveningse Bosjes als romantisch bos

Op de website van de gemeente staat nagenoeg niets meer over de bijzondere geschiedenis van de Scheveningse Bosjes. Daarover heeft historica Anneke Landheer-Roelants veel geschreven. Over het ruige gebied tussen Scheveningen en Den Haag met woeste duinen. Hoe Huygens het initiatief nam voor de Scheveningseweg er door heen als verbinding van Den Haag met het dorp Scheveningen, met rijen bomen erlangs en dijken tegen het stuiven. Hoe Cats veel bomen en struiken plantte op zijn buitenplaats Sorghvliet. Over de ‘Bataafse boer’ die aan de overzijde akkers aanlegde en ook bomen plantte.
Toen de kroonprins in 1837 de gemeente vroeg om het gebied aan hem in erfpacht uit te geven, beseften de Hagenaars hoe gehecht zij waren geraakt aan dit wandelgebied. Daarop besloot de gemeente het te verfraaien tot een echt wandelbos.
Tussen 1866 en 1872 zijn op aandringen van toenmalig wethouder Ver Huell duizenden bomen geplant, meest eiken. Ook het bochtige padenpatroon en de waterpartij zijn toen aangelegd. Later werden op de toppen dennen aangeplant om het stuiven tegen te gaan. Sindsdien bleef het een zeer populair wandelgebied, geliefd bij de schilders van de Haagse school, beschreven door Couperus, en het onderwerp van talloze briefkaarten gestuurd door heel gewone bewoners van Scheveningen en Den Haag.
In de oorlog is een deel van het bos door de Duitsers gekapt voor de tankgracht en het schootsveld van de Atlantikwall. Ook verkleumde Hagenaars die hout nodig hadden, kapten veel bomen. Om militaire redenen werd het bekende uitzichtpunt De Kogelenberg met de 72 trapjes afgegraven. Dat lag aan de Haringkade, achter Madurodam. Na de oorlog zijn de Scheveningse Bosjes snel herplant, met hulp van onder andere schoolkinderen. Nu is het na 70 jaar weer een echt bos geworden.
Resterende oude bomen
Wat er aan bos van voor de Tweede Wereldoorlog nog over is, staat aan de Scheveningse kant. De eeuwenoude eikenstoven en de 100-jarige dennen van het Belvedèreduin. En veel mooie oude bomen op Sorghvliet, langs de Scheveningseweg en de Haringkade.
Helaas zijn er na de oorlog opnieuw aanslagen op de bosjes gepleegd: de aanleg van de Teldersweg die de Bosjes doormidden splitste, de bouw van het Promenadehotel in een stuk bos dat nog overeind was gebleven. Andere aanslagen werden verijdeld, de aanleg van een urnentuin en een aula, een Indisch herinneringscentrum en een hoteltoren naast het Promenadehotel.