Populieren met problemen
Door: Bas Steenks
Het is bekend dat een aantal populierensoorten gevoelig is voor takbreuk. Dit betreft met name de Canadapopulier (Populus canadensis) in meerdere variëteiten. Hiervan is de variëteit ‘Robusta’ wel de meest toegepaste populier. Bij andere soorten ligt die gevoeligheid genuanceerder. Afgelopen jaren zijn enkele passanten ernstig gewond geraakt door uitbrekende takken van een Canadapopulier. Het veiligheidsrisico dat deze bomen momenteel vormen is voor gemeentes een groot probleem. Daarom heeft het bomenonderzoeksbedrijf ‘De Bomenwacht Nederland’ opdracht gekregen van de Intergemeentelijke Studiegroep Bomen (ISB) om een keuringsmethode te ontwikkelen voor deze boomsoort. Die methode geeft aan wanneer het tijd wordt om maatregelen te treffen. Dat kan zijn: kappen van de boom of zwaar insnoeien. Snoeien is doorgaans een prijzige oplossing gezien het feit dat die snoei elke 5 jaar herhaald moet worden. Dus de kosten bepalen mede de keuze van de te nemen maatregel.
Bij het bepalen van de keuze welke bomen een risico opleveren, wordt vooral gelet op de structuur van de kroon. Wanneer bepaalde armen naar beneden gaan hangen of uitbuigen dan is er sprake van het zogenaamde kroonverval en dit is, volgens de beoordelingsmethode, een teken dat deze arm verhoogd risico van breuk heeft. In de meeste gevallen kiest de gemeente zelf voor kap van de bomen. In sommige gevallen is hierover ook overleg geweest met bewoners. Inmiddels is duidelijk dat dit jaar binnen de gemeente Den Haag ruim 2000 populieren gekapt worden.
Noodzaak kap populier is niet nieuw
Sinds ik actief ben bij de AVN heeft takbreuk bij populieren steeds mijn aandacht getrokken. Zoals bij de 42 Canadapopulieren die aan de Soestdijksekade stonden langs het Zuiderpark. Deze populieren stonden in de verharding tussen fietspad en rijbaan, hadden een stamdoorsnee van ca 140 cm, waren vitaal en vertoonden geen gebreken. In 2008 was na een flinke storm een grote hoeveelheid zware takken uitgebroken: enkele vrachtwagens vol. Na twee jaar was er een vergelijkbare situatie na een flinke storm. In overleg met de gemeente heb ik toen voorgesteld om deze bomen te kappen in verband met het grote risico. Men besloot toen om de bomen nog te laten staan en een snoeibeurt toe te passen. Bij de volgende storm echter weer hetzelfde resultaat van massa’s afgebroken takken. Uiteindelijk werd besloten om de populieren toch maar te kappen. Het begrip ‘kroonverval’ bestond toen nog niet. Interessant detail bij deze populieren bleek toen de leeftijd. Deze werd geschat op ruim 60 jaar maar bleek na het tellen van de jaarringen slechts 42/45 jaar te zijn. Dus de leeftijd zegt niet altijd iets over boomgrootte, stamdoorsnee, vitaliteit en gevoeligheid voor takbreuk.
Breukgevoeligheid gerelateerd aan soort
Behalve de hierboven genoemde ‘Canadensis’ zijn er nog vele andere soorten en cultivars in het populierenassortiment. En er zijn wel degelijk verschillen in de breukgevoeligheid per soort. Zo is van de Zwarte populier (Populus nigra) bekend dat deze enkele honderden jaren oud kan worden. De bekendste variëteit in Nederland is wel de Italiaanse populier (Populus nigra ‘Italica’). Er staan twee exemplaren van 100 jaar naast het Rijksmuseum in Amsterdam. Een snelle groeier met een karakteristieke en goed herkenbare zuilvorm. Deze komt pas goed tot zijn recht wanneer hij solitair is geplant en veel minder als deel van een bomenrij. Deze soort is begin jaren vijftig vrij veel aangeplant in Moerwijk en deze bomen zijn inmiddels ruim 65 jaar oud. De rijbeplantingen zijn vrijwel allemaal verdwenen, maar de meeste solitaire bomen staan er nog in volle glorie. Bij deze soort is het begrip kroonverval niet of nauwelijks aan de orde. Daarom verbaast het mij dat er toch regelmatig exemplaren gemerkt worden om te kappen. Hierover heb ik overleg met de projectleider en deze heeft al bij meerdere gemerkte bomen de kap tegengehouden. Hierbij moet wel gezegd worden, dat deze kap het resultaat is van het toegekende puntensysteem van de schouw van De Bomenwacht Nederland. Het handelen van dit bedrijf roept bij de AVN vaker vragen op. Als voorbeeld kan worden genoemd de vijf gemerkte exemplaren in de Raaphorstlaan. Deze bomen zijn door de AVN geschouwd op gebreken maar die zijn niet aangetroffen. We erkennen het grote risico van een bepaald deel van het populierenbestand, maar hebben wel vraagtekens over de manier hoe hiermee wordt omgegaan. We blijven daarom in discussie met de gemeentelijke beleidsambtenaren.