Home » Nestkasten in de steenwoestijn

Nestkasten in de steenwoestijn

De gemeente Den Haag hanteert een verplicht puntensysteem voor maatregelen om natuurinclusief te bouwen. Het gaat dan in de praktijk vooral om hoogbouw van woningen. Een mooi begin van hoogbouw in relatie tot een groene omgeving. Maar hoe kunnen die elementen, zoals nestkasten voor vogels, effect hebben voor de natuur als ze in een stenen woestijn staan?

Frederike Bloemers. Foto: Martin van de Reep

 

Dat is het geval als het ontbreekt aan groene maatregelen in de directe omgeving van die gebouwen, dus in de openbare ruimte. Het simpele antwoord is: plaats die gebouwen met de voorzieningen niet in een vlakte van steen, daar hebben dieren – en ook mensen – niets aan. Vogels hebben niet alleen een plek nodig om te nestelen, maar ook een geschikte leefomgeving om voedsel te vinden, zich te verstoppen en te overleven. Alleen door woningen te koppelen aan groenvoorzieningen in de directe omgeving van gebouwen, kan de leefomgeving van dieren, met name vogels, aanzienlijk worden verbeterd. De AVN werkt op dit terrein nauw samen met de Haagse Vogelbescherming (HVB).

 

In de praktijk blijkt echter vaak dat deze koppeling aanbrengen weerbarstige materie is. Bijvoorbeeld bij het bouwproject Binck City Park. Ook het nieuwe gebouw van Sociale Zaken lijkt op dat punt de verkeerde kant op te gaan. Beide bouwprojecten tonen aan dat het combineren van een groene omgeving en natuurinclusieve maatregelen moeilijk realiseerbaar is.

 

Het kernprobleem daarbij is dat alle natuurinclusieve maatregelen vanuit de private sector (projectontwikkelaars) worden aangebracht, en dat het openbare groen door de gemeente moet worden aangelegd. En de gemeente kan dat eigenlijk alleen wanneer ze eigenaar is van de gronden en wanneer er genoeg ruimte is. Een oplossing van dit probleem is nog niet voorhanden. Eigenlijk zou de gemeente natuurinclusieve maatregelen alleen moeten opleggen wanneer ze zeker weet dat ze zelf groene voorzieningen kan treffen. Of wanneer ze zeker weet dat in de omgeving voldoende parken, geschikte daktuinen of verticaal groen aanwezig zijn of worden ingericht. Maar ook daar kleven nadelen aan.

 

Ondanks regelmatig overleg met de gemeente en betrokken organisaties, blijft het een grote uitdaging om concrete resultaten te boeken. De AVN en de HVB proberen te bevorderen dat ecologische verbindingen verticaal en horizontaal worden gecreëerd. Die kunnen een grote impact hebben op stedelijke biodiversiteit.