Home » Kustnatuur is geen verdienmodel

Kustnatuur is geen verdienmodel

Ooit kwam wetenschapper en ontdekkingsreiziger Alfred Russel Wallace op een prachtige plek waar het wemelde van de vlinders. Nu wemelt het er van de toeristen en... plastic vlinders. Toplocaties in de natuur zijn veelal slecht bereikbare plaatsen. Of je moet er goede afspraken over kunnen maken, om overexploitatie tegen te gaan.

Door: Eric Wisse

 

Het Haagse strand is zo’n toplocatie. We kunnen er terecht bij allerlei uitspanningen, onze stad heeft het grootste aanbod van paviljoens. Velen hebben hier mooie momenten beleefd, het is dan ook heerlijk om er na een wandeling over het strand of door de duinen te kunnen aanmonsteren. De strandtenten mogen inmiddels ook twee maanden langer blijven staan.

 

Experiment met een open zeereep

Wat je over het algemeen ziet, is dat mensen geneigd zijn om in een natuurlijke situatie alles geleidelijk aan steeds meer aan te passen aan de menselijke behoefte. Een groot deel van de duinen is inmiddels bebouwd en onderdeel van de stad. In het duin dat over is gebleven zijn voet- en fietspaden aangelegd. Een volgende stap waarover wordt nagedacht is het aanbrengen van verlichting. En ga zo maar door.
Op het strand is dat niet anders. Zo was een belangrijk doel bij de aanleg van de Zandmotor het versterken van de natuurwaarden. Uiteindelijk zie je er kite-surfers, mountainbikers, para-motoring, autosporen in de jonge duintjes tegen de zeereep, honden rennen er rond. Terwijl hier ruimte en gelegenheid is voor vogels om te foerageren en te nestelen en voor zeehonden om te rusten. Al die menselijke activiteiten werken verstorend en wringen met dat natuurdoel.

 

Gevolgen jaarrondexploitatie strandtenten
Ook zijn er strandpaviljoens die meer willen: jaarrond staan. Dat betekent wel meer (deels illegaal) verkeer door de duinen, met stikstofuitstoot en onveilige situaties op de fietspaden als gevolg. Het betekent ook paviljoens op hoge palen die het fraaie kustlandschap domineren, geen leeg winterstrand met vrij zicht op de duinenrij, waar het kalkrijke zand, belangrijk voor de duinvegetatie, het gebied in kan waaien. In populair taalgebruik: moeten we dat willen?

 

Pioniervegetatie aan de duinvoet

Project ‘Het Groene Strand’
De komende jaren gaat er een nieuw landelijk project van start: Het Groene Strand (landschappen.nl/actueel/het-groene-strand/). Een aantal natuurorganisaties werkt daarin samen, waarbij het de bedoeling is dat er strandcommunities ontstaan, een netwerk van vrijwilligers die afval opruimen, aan voorlichting en preventie doen, onderzoek verrichten en in overleg gaan met belanghebbenden. Er zullen meer rustplekken worden gecreëerd langs de Nederlandse kust.

 

 

Allemaal ambassadeurs Nationaal Park Hollandse Duinen?
Dit maakt velen nu al enthousiast. Ondertussen verloopt de vijfjarige pilot van de strandhuisjes bij de Zandmotor, willen uitbaters daar ruimere regels door gewijzigde zonering, zoeken strandondernemers naar wegen om te groeien, zoals onze hele economie is gebaseerd op groei. Ook zijn er aan weerszijden van het Westduinpark veel nieuwe woningen gebouwd, de recreatiedruk op duinen en strand zal sowieso toe gaan nemen. Alleen groeit de locatie niet mee… dus hoe gaan we hier mee om? Hoe spreiden we de mensen die rust en ruimte zoeken, ontspanning en vertier, hoe beschermen we de natuurwaarden en slachten we niet de kip met de gouden eieren? Of worden de paviljoenhouders ook ambassadeurs van Nationaal Park Hollandse Duinen? Dit moment is misschien wel uitgelezen om hier samen over na te denken.