Home » Het Verversingskanaal en de oude adel

Het Verversingskanaal en de oude adel

Adel verplicht. Dat voelde de Haagse adel ook in vroeger tijden. Met tot op de dag van vandaag grote –positieve- gevolgen voor het groen in Den Haag. Zo is algemeen bekend dat het Haagse Bos gespaard is gebleven door Willem van Oranje. Die bepaalde in 1576 in de zogenaamde Akte van Redemptie dat het Haagse Bos “nooit en te nimmer” verkocht mag worden en dat er niet op gebouwd mag worden.

Jos Verhoeff. Illustratie gemeentearchief

 

Dat weerhield architect Winy Maas er een paar jaar geleden niet van rond het bos torenflats te projecteren om het een Central Parkachtige uitstraling te geven. Dat was weliswaar in de Akte niet verboden, maar zijn idee, ingegeven door de verplichting voor Den Haag en andere gemeenten om meer woningen te bouwen, is gelukkig na veel aandacht in de pers een stille dood gestorven. De Akte heeft wel al een aantal eerdere plannen om het Malieveld te bebouwen of het bos te verkopen gedwarsboomd. Staatsbosbeheer heeft serieus over verkoop nagedacht.

Minder bekend is wellicht de invloed van Sophie van Oranje-Nassau (1824–1897), dochter van koning Willem II. Zij maakte drie eeuwen later de aanleg van Duinoord en het Verversingskanaal mogelijk door een groot deel van haar grond te schenken aan de gemeente Den Haag.

Het kanaal was meer dan nodig om het stilstaande water uit de grachten af te voeren. Het water stonk en was hopeloos vervuild en men had in die tijd in de gaten dat dit een groot probleem voor de volksgezondheid vormde. In 1885 werd het kanaal gegraven. Het water kon niet vrij naar zee vloeien. Dit werd gedaan met een stoomgemaal.
Gelukkig voor ons werd vier jaar later, op 17 juni 1889 een servituut getekend waarin werd gesteld dat de grond uitsluitend mocht worden gebruikt om een kanaal doorheen te graven. Enige bebouwing werd uitgesloten.

Medio jaren 2010 waren er plannen om de Houtrustweg te verbreden voor een betere ontsluiting van het toen nog te ontwikkelen Norfolkterrein. Daarmee zou het talud een stuk kleiner worden, daardoor steiler, wat voor de begroeiing rampzalig zou zijn geweest. Een te steil talud moet immers mogelijk verstevigd worden. De AVN heeft dit toen met succes weten te voorkomen door het servituut uit het archief op te vragen en de gemeente te wijzen op de bepalingen. Eerder waren wel plannen voor de Duindorpdam goedgekeurd. Daarvoor moest een gedeelte van het kanaal gedempt worden. Om dit te kunnen doen moest de gemeente toestemming vragen aan de erfgenamen van Sophie.

Gelukkig is een smaller talud ons bespaard gebleven. Het groen, het riet en de struiken zijn te waardevol om te worden versmald. Ook een plan om voor wandelaars een soort loopbrug op poten boven het talud te plaatsen heeft het uiteindelijk niet gehaald, hoewel we het looppad toch weer terug vonden in de plannen toen het kanaal een ‘icoonproject’ werd. De AVN is nu druk bezig samen met omwonenden te proberen de natuurwaarden van het talud te verhogen.