Home » Boompje groot, plantertje dood

Boompje groot, plantertje dood

Een oud spreekwoord luidt: ‘boompje groot, plantertje dood’. Vertaald naar de praktijk van natuurbescherming: het tempo waarin natuurbeleid en beheerplannen kunnen worden gerealiseerd verhoudt zich slecht met de hectiek van verkiezingen, jaarlijkse begrotingen en frequente wisselingen van bestuurders en hun adviseurs en ambtenaren. De uitvoering van nieuwe plannen met het groen, en vervolgens de evaluatie daarvan vergt nu eenmaal een proces van jaren en de natuur laat zich niet versnellen. Hoewel het lijkt dat ik hiermee een open deur intrap, bewijst de praktijk anders. Bij de wisseling van bestuurders, adviseurs en beheerders merken we dat de noodzakelijke continuïteit van de uitvoering vaak onder druk komt te staan. Gemaakte afspraken of reeds ingezette projecten komen dan weer ter discussie.

Recentelijk kregen we daarvan een voorbeeld bij de ontwikkeling van een nieuwe buitenplaats langs de Vliet: Nieuw Vredenoord. In Haagwinde 2019/1 stond daar een uitgebreid artikel over, u kunt het nalezen op onze website. De eigenaar van het terrein had tien jaar geleden over de aanleg van het landgoed overeenstemming bereikt met de provincie en de gemeente en dit vastgelegd in een intentie overeenkomst. Vervolgens trad er veel vertraging op door allerlei ontwikkelingen in het gebied, zoals de Rotterdamse Baan en plannen voor waterberging, waarmee rekening moest worden gehouden. En nu, terwijl er al veel kosten zijn gemaakt en de aanleg van het buitenplaats eindelijk kan beginnen, worden er nieuwe voorwaarden gesteld vanuit de provincie. De nieuwe buitenplaats, op de plek van het verwaarloosde terrein dat er nu ligt, beoogt een toekomstbestendige groene schakel te worden in de zone van buitenplaatsen langs de Vliet, als onderdeel van het Natuur Netwerk Nederland. Het zou daarom heel jammer zijn als de intrekking van reeds gedane toezeggingen ertoe zou leiden dat de eigenaar moet afzien van de plannen en het gebied er verwaarloosd bij blijft liggen.

 

In Haagwinde 2019/3 hield ik op deze plaats een pleidooi voor goede samenwerking met onze groene zusterorganisaties IVN en KNNV en mogelijk andere groene organisaties. Goede samenwerking is in ieders belang: we kunnen dan wederzijds gebruik maken van de kennis en ervaring van onze vrijwilligers, want die vullen elkaar aan. Een voorwaarde voor samenwerking is natuurlijk dat je elkaar goed kent. Recentelijk zijn we begonnen daar handen en voeten aan te geven: ik had een prettig en constructief overleg met de voorzitters van de lokale afdelingen van KNNV en IVN. We hebben al een prima voorbeeld op Zonnegaarde waar KNNV en AVN zich gezamenlijk hebben ingespannen om tuinen te behouden. U leest er meer over in deze Haagwinde.