Vette klei in landgoed Marlot funest voor natuur
De sloot op de grens van Reigersbergen en park Marlot staat rechtstreeks in verbinding met open water en zou bij hoge waterstanden dus ook voor wateroverlast kunnen zorgen. Sinds de dijkdoorbraak bij Wilnis in 2003 brengen alle waterschappen nieuwe dijkjes aan langs hun boezemwateringen. Voor het aanleggen van zo’n dijkje wordt vette klei gebruikt. Aan de zijde van het landgoedpark staan echter bomen langs het water. Om toch een waterkering te kunnen aanleggen is het fietspad dat parallel aan het water loopt opgehoogd en dient zo als dijkje. Na afloop heeft de aannemer de overgebleven klei verdeeld tussen de oude eiken die langs het fietspad staan. Dat heeft straks ernstige gevolgen voor de natuur op de bodem. Marlot ligt op een oude strandwal met voedselarme zandgrond. Daarop groeien in het voorjaar veel stinzenplanten als bosanemonen en vingerhelmbloem. Op vette klei voelen die planten zich niet thuis. Klei is voedselrijk en daarop groeit het liefst brandnetel en fluitekruid. De aannemer heeft de kluiten verdeeld en ingezaaid met gras. Vette klei heeft ook als eigenschap dat het goed waterafsluitend is. Daarvoor wordt het immers bij de dijken gebruikt. Het gevolg zal zijn dat de wortels van de oude eikenbomen worden afgesloten en kans lopen om te verstikken. De AVN heeft er bij Delfland op aangedrongen om die situatie weer ongedaan te maken en de bosbodem zo snel mogelijk te zuiveren van klei.