Camping Molenslag geeft archeologische geheimen prijs

In de uiterste zuidwesthoek van Solleveld (gemeente Westland) en de noordelijke hoek (gemeente Den Haag) lopen de strandwallen van de Oude Duinen schuin uit tegen de huidige kustlijn. Dat geologische landschap is ontstaan door eeuwen of misschien wel duizenden jaren van kusterosie. We weten in ieder geval dat daar van begin 17e eeuw tot en met de 20e eeuw wel 1200 meter kust is afgeslagen: Dat is drie meter per jaar! Het gebied is momenteel in gebruik als waterinfiltratie en waterwingebied van Dunea en alleen beperkt toegankelijk voor houders van een wandelkaart. Wat veel mensen niet weten, is dat het gebied grote archeologische en landschappelijke rijkdommen bevat.
Camping Molenslag
In 2014 heeft een aannemer de halve meter humeuze toplaag van de voormalige camping Molenslag afgegraven. Toen het werk klaar was, lag er een zandvlakte met duizenden blootgestoven scherven. Met toestemming van de gemeente Westland begon de archeologische werkgroep in september 2014 met een eerste verkenning. Evenwijdig aan de achterzijde van de zeereep hebben we een systeem van vondstvakken uitgezet. Het waren er in totaal tachtig. Per vak hebben we alle scherven (12.000) apart verzameld.
Eeuwenlange bewoning
Het bodemoppervlak van deze Oude Duinen is min of meer voortdurend door de mens gebruikt. We vonden scherven uit de IJzertijd (25 eeuwen geleden) tot in de 19e eeuw. Het vraagt wel enige ervaring om het verschillende aardewerk op herkomst te dateren. Maar uit de vondsten kon per periode de gebruiksgeschiedenis worden afgeleid. Bijzonder was de ontdekking van een Merovingisch gehucht dat hier 300 jaar lang tussen de 5e en 7e eeuw moet hebben gelegen. In het huidige landschap is daar niets meer van te zien. Zelfs de historische zandwalletjes, die er rond 1950 nog wel lagen, waren tijdens de schoonmaakactie geëgaliseerd. Wel historisch herkenbaar in het landschap liggen de Molenweg en het Molenslag naar zee, met loodrecht daarop de Slaperdijk. Proberen we onze vondsten van Molenslag te projecteren op het totale gebied dat zich vanaf de grens van Molenslag naar het noordoosten uitstrekt, dan is duidelijk dat het gehele terrein Solleveld vol zit met archeologie, zowel aan het oppervlak als vlak onder het maaiveld. Naar aanleiding van onze ontdekkingen is er in november 2016 een professionele opgraving gestart.
Onze vondsten
Uit de Late IJzertijd en inheems-Romeinse periode werden 295 scherven handgevormd aardewerk gevonden. Een paar grote scherven van een Late IJzertijd kookpot behoren tot de Broekpolder II vormgroep (400 BC- 0 AD). De vondsten hebben zeer waarschijnlijk te maken met een kleine nederzetting. Uit de Romeinse tijd dateren enkele honderden scherven en de nodige metaalvondsten, o.a. typische fibula’s (mantelspelden). Uit de Vroege Middeleeuwen dateert een dichte concentratie aardewerkvondsten die vergezeld ging van twee gouden munten en vier zilveren: behoorlijk unieke vondsten voor het Westland. De aanwezigheid van een Merovingische nederzetting bleek zelfs een zeer bijzondere ontdekking van bovenregionale betekenis te zijn. Ook vonden we veel overblijfselen van de boerderij Geesterwijk (met voorlopers), die daar vanaf de 14e eeuw tot het midden van de 19e eeuw aan het Molenslag heeft gestaan.
Natuurontwikkeling
De natuur kan zich nu spontaan ontwikkelen op het terrein van Molenslag en daarvoor moet het met rust worden gelaten. Om stuifoverlast voor de omwonenden te beperken is het tegen de Slaperdijk aan gelegen terrein door Dunea ingestoken met hooi van grijsduinvegetatie. Dat werkt goed, maar een deel van het terrein is nog steeds stuivende. Rust is ook het beste voor behoud van het (overvolle) bodemarchief. Onder de midden-19e-eeuwse Slaperdijk is de archeologie in ieder geval veilig.